Mannen vs. vrouwen
Er bestaan wel wat clichés wanneer we over motivatie en drijfveren spreken: één daarvan is dat de prestaties en drijfveren van mannen en vrouwen beïnvloed zouden worden door genderstereotypes. Mannen zouden vooral belang hechten aan succes, autonomie en prestaties, waardoor ze meestal zouden worden gemotiveerd door verloning, doorgroeimogelijkheden en uitdagingen. Vrouwen daarentegen zouden meer gefocust zijn op de kwaliteit van het gezinsleven. Daarom zouden zij voornamelijk gemotiveerd worden door een goede work-life balance, stabiliteit en goede relaties met de collega’s.
Maar klopt dit wel?
Verschillende onderzoekers zijn ervan overtuigd dat er weinig of geen verschillen zijn tussen mannen en vrouwen wat betreft hun motivatie. Zij vonden dat de verschillen tussen de geslachten veel kleiner zijn dan de verschillen tussen mannen onderling en vrouwen onderling.
Recent onderzocht Hudson ook zelf de verschillen in motivatie tussen beide wat meer in detail via haar eigen motivatievragenlijst: de Motivational Drives Questionnaire. Wat blijkt? De verschillen tussen mannen en vrouwen zijn voor de meeste drijfveren verwaarloosbaar. Bij slechts 3 drijfveren komen er kleine verschillen naar voor: mannen worden wat sterker gemotiveerd door ‘impact hebben’ dan vrouwen, en ook ‘ondernemend’ kunnen zijn scoort wat hoger voor hen. Vrouwen daarentegen worden iets sterker gemotiveerd door de mogelijkheid om hun ‘expertise’ uit te breiden dan mannen.
Motivatie en leeftijd
Wat iemand motiveert is deels ook afhankelijk van de situatie waarin men zich bevindt: studenten zullen door andere zaken gemotiveerd worden dan werknemers, en diezelfde werknemers zullen waarschijnlijk hun prioriteiten deels zien veranderen wanneer er een gezin bijkomt. Vaak wordt geopperd dat oudere werknemers minder geneigd zijn om risico’s te nemen: aan het einde van hun carrière willen zij vooral het comfort op hun oude dag verzekeren door te kiezen voor ‘jobzekerheid’ en een zo goed mogelijke ‘financiële verloning’. Ook dit heeft Hudson onderzocht en wederom blijkt ook dit cliché niet te kloppen. Zo neemt bijvoorbeeld met de leeftijd de behoefte aan ‘jobzekerheid’ of ‘optimale werkomstandigheden’ niet toe.
Het tegendeel blijkt zelfs: hoe ouder we worden, hoe meer het belang van extrinsieke motivatie naar intrinsieke motivatie blijkt te verschuiven. In plaats van vooral gemotiveerd te worden door het vooruitzicht op een externe beloning (vb. loon, status, bewondering, ..) zullen oudere werknemers eerder taken op zich nemen uit pure interesse of plezier in de taak zelf, zonder dat hiervoor noodzakelijk een reactie van buitenaf moet komen.
Zo merkten we op dat in vergelijking met hun jongere collega’s, oudere medewerkers meer voldoening halen uit intrinsieke sociale motieven, zoals het motiveren van collega’s en anderen kunnen helpen. Ook de kansen om ‘creatief’ te kunnen zijn en de mogelijkheid om ‘moeilijke problemen op te lossen’ worden een grotere drijfveer naarmate men ouder wordt.
Geen enkel van de hierboven vermelde clichés blijkt dus te kloppen. Het blijft dan ook belangrijk om motivatie als iets individueels te zien én er rekening mee te houden dat de drijfveren van een persoon niet noodzakelijk dezelfde blijven gedurende zijn/haar carrière. Geïnteresseerd in meer informatie over onze Motivational Drives Questionnaire? Klik hier of geef ons gerust een seintje!
Blog door Sarah Dewaele & Amelie Vrijdags, Hudson